De Cane Corso is uit Italië afkomstig. De naam corso is afgeleid van het Latijnse woord cohors wat ruwweg “bewaker van het erf” betekend en cane is Italiaans voor hond. Het is een middelgrote hond, de reu kan tussen de 62 en 70 cm groot zijn en 45-50 kg wegen, de teef kan 58 tot 66 cm worden en 40-45 kg wegen. Het is een forse doch elegante hond die 12 jaar kan worden. De kleuren zijn zwart, licht bruin, zwart brindle, rood gestroomd en rood. Allround boeren hulphond Hoewel het nog steeds geen alledaags ras is komen we de Cane Corso in Nederland steeds vaker tegen. Deze imposante rashond van Italiaanse komaf is een trouwe en gemoedelijke gezinds hond, maar komt ook als erf hond goed uit de verf. De Cane Corso is van oudsher gewend om te werken voor de kost. Deze honden werden vroeger door Italiaanse families op afgelegen boerderijen gehouden als manusje van alles. De boer zette de honden in om het erf en de veestapel te bewaken, zowel tegen veedieven als tegen wilde dieren. Daarnaast waren de forse honden heel geschikt om de boer te helpen om het vee te drijven. Het karakter Ruwe bolster blanke pit. De Cane Corso is niet geschikt voor iedereen. De hond is groot en sterk, behoorlijk zelfstandig en soms iet wat bazig. Hij hecht zich sterk aan het hele gezin en zal zijn familie beschermen en bewaken. Het is een formidabele waakhond die op de achtergrond alles observeert. Als de baas aanwezig is zal hij rustig vreemden toe laten, maar dat wil niet zeggen dat zij ook binnen kunnen komen als de hond alleen thuis is. Als het nodig is zal de hond tot het uiterste gaan om zijn gezin of huis te beschermen. Voor zijn gezin is het een vriendelijke en aanhankelijke hond die graag onderdeel van het gezin wil zijn. De Cane Corso vraagt wel om voldoende leiding en grenzen en kan wel heel onstuimig zijn. Opvoeding De Cane Corso is een betrouwbare, evenwichtige en stabiele hond. Je moet er wel de nodige tijd aan besteden. Kijk goed voor een goede fokker (evt. via de cane corso club) en dat de ouder dieren getest zijn op HD (heupdysplasie) en ED (ellenboog dysplasie) en dat er vroeg met de socialisatie begonnen wordt. De corso is van nature terughoudend tegenover vreemde. Goede, actieve socialisatie dient plaats te vinden en mag niet stoppen na de puppytijd, maar door te gaan ook al is de hond volwassen. In de pubertijd kan hij zijn baas regelmatig op de proef stellen. Rustig en rechtlijnige opvoeding is onontbeerlijk. Bij goede opvoeding zal hij uitgroeien tot een uitstekende familie hond die als het nodig is er voor je staat. Door zijn snelle leervermogen is hij meestal een goede leerling waar je met plezier mee werkt. Door zijn grote uithoudingsvermogen is hij perfect is staat om langs de fiets te lopen, te zwemmen en lange wandelingen te maken of mee te gaan op buiten ritten te paard. Voeding Van jongs af aan geldt: de voeding draagt bij aan de gezondheid en het welzijn van de hond. Bij ons krijg je het voer mee wat de pups gewend zijn. Wil je dit op de lange termijn niet voeren kun je de pup het beste langzaam aan het nieuwe voer laten wennen. Dat lukt het beste als je op het moment dat de pup bij je intrekt nog het bekende voer geeft zodat de pup geen extra stress heeft en eerst aan zijn nieuwe omgeving kan wennen. Als de pup zich thuis voelt kun je het nieuw voer met het oude gaan mengen. (Let wel op de dagelijkse hoeveelheid kan schelen per merk) Neem wel het voer dat geschikt is voor grote rassen omdat ze bij een te hoog eiwitgehalte te snel kunnen groeien dat kan leiden tot skelet problemen. Verzorging Een keer in de paar dagen borstelen is voldoende om losse haren te verwijderen, tijdens de rui kun je eventueel een trimmes gebruiken. Ze hebben normaal geen bad nodig mocht je het wel willen gebruik dan een milde honden shampoo. Door dat de corso een strakke huid rond de kaken heeft kwijlt hij bijna niet. En natuurlijk op tijd een wormen kuur en evt. iets tegen vlooien en teken.